Het impressionisme is tussen 1860 en 1870 in Frankrijk ontstaan. Een grote groep kunstenaars zet zich af tegen de dan geldende norm van het realisme. De impressionisten willen met hun schilderijen de werkelijkheid weergeven zoals zij die op dát moment zien en ervaren. Het gaat om de indruk (het Franse woord impression) van dat ene ogenblik. Een logische consequentie hiervan is dat ze heel snel werken, met een losse penseeltoets in korte verfstreken. De impressionisten staan ook bekend om hun weergaloze weergave van het licht. De meeste impressionisten schilderen in de buitenlucht.
Albert Roelofs
Lezende Tjieke in het atelier van de schilder
Anthonie Pieter Schotel
De Herengracht in Amsterdam op een zonnige dag
Chris Soer
De Lange Poten in Den Haag
Ad Blok van der Velden
Rozenboompjes aan de haven van Terschelling
Jacob Sijbout ‘Jac’ de Vries
Vrouw met sigaret in een restaurant
Anthonie Pieter Schotel
Vrouw met bontstola
Constant Artz
Eendenfamilie
Jan Hillebrand Wijsmuller
Meisjes in de duinen (vermoedelijk Katwijk)
Gerbrand Frederik van Schagen
Het Haagsche Veer te Rotterdam
Rolf Dieter Meyer-Wiegand
Lezende jonge vrouw in een zonnig park
Johan Barthold Jongkind
Hollandse poldervaart
Willem Dooijewaard
Twee ballerina’s
Jan Hoynck van Papendrecht
De nationale trekpaardententoonstelling op het Malieveld
Abraham van der Zee
Bloementuin bij boerderij te Walcheren
Alexander Tielens
Bloemen in een glazen vaas met op de achtergrond een Japanse prent
Isaac Israels
Dame met baret
Charlotte Weeks
Jongen met zijn poes aan tafel