Adriana Haanen

Adriana Haanen (1814-1895) werd geboren in Oosterhout uit een gezin van zes kinderen. Adriana Haanen was de jongste dochter en tevens leerling van haar vader Casparis Haanen, schilder van kerken en genre interieurs. Ook haar broer Gilles en zus Elisabeth Haanen waren zeer verdienstelijk schilder van interieurs. Adriana Haanen was het enige familielid dat zich volledig ging toeleggen op het schilderen van bloemen en fruit in een Romantische schilderstijl.

Adriana Haanen vestigde zich later in Amsterdam en nam vanaf 1841 deel aan de tentoonstellingen van levende meesters om haar werk aan een breder publiek te tonen. Haar schilderijen werden goed ontvangen en ze kon al snel goede prijzen vragen voor haar werk. Ze kreeg de gouden medaille van de stad Amsterdam voor een ingezonden werk. Vele liefhebbers, waaronder koning Willem II, kochten werk van Haanen.

In 1864 verhuisde Haanen naar Oosterbeek en woonde daar samen met de stillevenschilder Maria Vos. De alledaagse en natuurlijke stillevens van Adriana Haanen vormden een breuk met het verleden. De in die tijd gangbare pronkstillevens met uitheemse fruit- en bloemsoorten werden volgens een strak schema geordend en gerangschikt. De bloemen van Haanen daarentegen werden niet in een vaas gezet, maar losjes in een rieten mand geplaatst of ongedwongen op de grond gelegd. Dergelijke composities werden indertijd als zeer vernieuwend ervaren.

Bij voorkeur schilderde Haanen rozen of fruitstillevens met druiven, abrikozen en aardbeien. Samen met vrouwelijke kunstenaars als Gerardine van de Sande Bakhuyzen en Margaretha Roosenboom behoorde Adriana Haanen tot de nieuwe generatie stilleven schilders. Werk van haar bevindt zich onder meer in het Rijksmuseum, Gemeentemuseum Den Haag en het Dordrechts museum.